top of page

Coöperatieve kringtechnieken

Het is de bedoeling dat kinderen tijdens de kringmomenten maximale spreekkansen krijgen. De werkvorm waarbij één kind spreekt en al de anderen luisteren moet daarom regelmatig afgewisseld worden met werkvormen waarbij veel meer kinderen tegelijk spreken en luisteren kunnen oefenen.

De rol van de leerkracht is daarbij doorslaggevend. Hij of zij is de regisseur van de kring en zorgt ervoor dat de actieve betrokkenheid groot is en groot blijft door de kinderen voortdurend uit te dagen om mee te denken, actief te luisteren en te spreken.

 

De kring moet voldoen aan de kwaliteitscriteria voor coöperatief werk

  • Er moet gelijke deelname van elk kind mogelijk zijn. Dat wil zeggen dat tijdens elke kring elk kind de gelegenheid moet krijgen om actief te luisteren en te spreken. 

  • Er moet individuele aanspreekbaarheid zijn. Dat wil zeggen dat elk kind uitgedaagd wordt om betrokken te blijven. Daarom zal de leerkracht niet wachten tot iemand het woord vraagt, maar zelf regelmatig kinderen aanduiden om hun zegje te doen.

  • In de kring streven we naar positieve wederzijdse afhankelijkheid. Daarom laten we kinderen elkaar helpen tijdens de kring. We doen dat door zeer regelmatig kinderen per 2 (met schouderpartners) te laten brainstormen, overleggen en uitwisselen. Zo is de participatie van elk kind verzekerd en creëren we een veilige omgeving omdat het makkelijker praten is met 2 dan in een grote groep. Kinderen die anders minder aan bod komen krijgen zo een kans om dingen in te brengen in het kringgesprek.

  • Er is zoveel mogelijk simultane actie tijdens de kring, iedereen is voortdurend actief. Er is een goede afwisseling tussen luisteren, samen en individueel nadenken, overleggen, uitwisselen en presenteren.

​

In het boek 'Structureel coöperatief werk' van Spencer Kagan vind je heel wat ideeën om jouw praatronde uitdagender te maken voor de kinderen.

bottom of page